Het lijdt geen twijfel dat de uitbarsting van een band de hoogste is op de lijst met angsten van bestuurders op de snelweg. Niet zonder reden, omdat een banduitbarsting tot een volledig verlies van controle over de auto kan leiden. Met SUV's en MUV's is er ook de mogelijkheid van een flip-over. Een klapband is gevaarlijk, hoe goed je chauffeur ook is of hoe veilig je auto is.

Het goede nieuws is dat, terwijl de bandentechnologie voortdurend verbetert, er steeds minder uitbarstingen ontstaan. Toch gebeuren ze en is het het beste dat je weet wat je moet doen als je er een lijdt.

Stappen

  1. 1 Begin met het handhaven van een veilige rijsnelheid; er zijn gewoon geen twee kanten aan dit. Hoe lager je snelheid, hoe groter je overlevingskans. Een uitbarsting bij 80-90 km / h (50-56 mph) zal veel minder dramatisch zijn dan bij 140-150 km / h (87-93 mph). Als je een barst met 150 km / h (93 mph) overleeft, beschouw het dan als een geschenk van God.
  2. 2 Do niet sla op het rempedaal. Natuurlijk is dit gemakkelijker gezegd dan gedaan, omdat onze hersenen vast bedraad zijn om instinctief het rempedaal in een noodgeval vast te klemmen. Hard remmen is eigenlijk het ergste wat je kunt doen omdat het het voertuig verder uit evenwicht brengt en het uit de hand laat lopen.
  3. 3 Neem niet abrupt je voet van het gaspedaal. Doe het langzaam en geleidelijk. Michelin raadt u aan om de gasinvoer kortstondig in stand te houden, voordat u deze langzaam loslaat. De vertragingskracht van een opgeblazen band is zo sterk dat je auto toch snel langzamer gaat rijden. Als u cruise control hebt ingeschakeld, moet u deze onmiddellijk uitschakelen.
  4. 4 Probeer je best om het voertuig rechtop te houden. Bochten nemen of draaien met een verblazen band zal de kalmte van de auto enorm verstoren. Als uw auto naar één kant trekt, moet u misschien het stuur in de tegenovergestelde richting trekken om het recht te houden. Dit is van cruciaal belang, anders loop je het risico in de wegversperring terecht te komen of nog erger, de tegenovergestelde rijstrook.
  5. 5 Do niet proberen te overcorrigeren. De sleutel is om de stabiliteit van het voertuig te behouden. Een scherpe ruk aan het stuur kan resulteren in een kanteling. Zelfs als u controle hebt en langzaam naar een veilige parkeerplaats gaat, doet u dat met de mildste stuurinputs die mogelijk zijn.
  6. 6 Laat het voertuig geleidelijk tot stilstand komen. Gebruik indien nodig de motorrem. Schakel de remmen alleen licht in als uw auto langzaam is afgeremd. Gebruik de richtingaanwijzers en trek veilig over de weg. Rijd op het blote metalen wiel als het moet, maar stop niet midden op de weg omdat je het risico loopt achteraan te geraken door een snel rijdende auto. Vergeet niet om de alarmlichten te activeren wanneer gestopt.