PSD is een bestandsindeling die specifiek is bedoeld voor Adobe Photoshop-bestanden. PSD-bestanden kunnen in Photoshop worden gemaakt door nieuwe bestanden op te slaan of door PSD-kopieën van bestaande afbeeldingsbestanden te maken. Met PSD kunt u uw voortgang opslaan in een project met bewerkingsfuncties zoals intacte lagen en filters. Als de grootte van je PSD-bestand een probleem wordt, kunnen PSD-bestanden worden verkleind zonder kwaliteitsverlies of functionaliteit - gewoon alle lagen verbergen en het bestand opnieuw opslaan.

Deel een van de twee:
PSD-bestanden maken

  1. 1 Start Adobe Photoshop. Elke versie van Photoshop ondersteunt het maken van PSD-bestanden.
  2. 2 Open een afbeeldingsbestand. De meeste Photoshop-projecten beginnen met een basisafbeelding. Ga naar "Bestand> Openen" en blader naar een afbeeldingsbestand dat u wilt wijzigen (bijvoorbeeld ... jpg, .gif, .png). Niet-ondersteunde bestandstypen worden niet weergegeven in het browservenster. Wanneer u er een vindt die u bevalt, selecteert u deze en drukt u op "Openen".
    • Meerdere afbeeldingen kunnen tegelijkertijd worden geopend door op te drukken Ctrl + klik ( cmd + klik op Mac) en selecteer meerdere bestanden in het browservenster.
    • Als u een project vanuit het niets wilt starten, kunt u ook naar "Bestand> Nieuw" gaan.
  3. 3 Voeg een laag toe aan je foto. Ga naar het menu "Laag" en selecteer "Nieuwe laag toevoegen". Met lagen kunt u bewerkingen uitvoeren zonder de basisafbeelding te wijzigen. Je kunt op lagen tekenen, filters toevoegen en meer. U kunt zoveel afzonderlijke lagen toevoegen als u wilt om uw foto te wijzigen.
    • U kunt een duplicaat maken van de basisachtergrondlaag door met de rechtermuisknop te klikken (Ctrl + klik op Mac) en selecteer "Duplicate Layer". Op deze manier kunt u in een duplicaat aan de foto werken terwijl de basisafbeelding in zijn eigen achtergrondlaag bewaard blijft.
  4. 4 Voeg een filter toe aan je foto. Ga naar het menu "Beeld" en selecteer "Filters". Dit opent een menu met een aantal filteropties. Filters bieden een snelle en eenvoudige manier om vooraf ingestelde stilistische aanpassingen aan uw foto te maken.
  5. 5 Sla je PSD-bestand op. Als u klaar bent met bewerken (voor nu), gaat u naar "Bestand> Opslaan als ...". Controleer of .PSD is geselecteerd als het bestandstype in het vervolgkeuzemenu.
    • Als u de PSD hebt gemaakt op basis van een bestaande afbeelding, wordt de PSD een afzonderlijk bestand met de gemaakte wijzigingen.
    • Photoshop zal u ook automatisch vragen om uw werk op te slaan (als u dat nog niet hebt gedaan) bij het afsluiten van het programma.
  6. 6 Ga verder met het bewerken van je PSD. Dubbelklik op uw nieuwe PSD of ga naar "Bestand> Openen" in Photoshop. Bij het openen blijven je lagen en bewerkingen intact en kunnen ze worden aangepast, verwijderd of toegevoegd.

Deel twee van twee:
PSD-bestanden verkleinen

  1. 1 Open een PSD-bestand in Photoshop. Dubbelklik op een PSD-bestand of ga naar "Bestand> Openen" in Photoshop. Met opeenvolgende bewerkingen en toevoegingen kunnen PSD-bestanden vaak uitgroeien tot zeer grote bestanden. Verkleinen, zonder verlies van uw inhoud of beeldkwaliteit, is handig voor het delen en opslaan van uw Photoshop-projecten.
  2. 2 Verberg alle lagen. Selecteer in de Photoshop-menubalk "Laag> Verberg lagen". Lagen kunnen ook een voor een worden verborgen door op het oogpictogram naast elke laag te klikken.
  3. 3 Sla uw bestand op. Ga naar "Bestand> Opslaan" om uw wijzigingen op te slaan (het bestand blijft in .PSD-indeling).
  4. 4 Observeer de kleinere bestandsgrootte. Gebruik 'klik met de rechtermuisknop'> 'Eigenschappen' (Windows) of 'Bestand> Info ophalen' (Mac) om de bestandsgrootte van uw gekrompen PSD te bekijken. Sommige gebruikers melden een verkleining van de bestandsgrootte met 33%![1] Wanneer werk wordt hervat, kunnen de lagen worden onttrokken uit het menu "Laag" of door op het oogpictogram naast elke laag te drukken.