De mossteek, ook wel de granietsteek genoemd, is een eenvoudige haaksteek die gehaakte stukken met structuur produceert. Je kunt het gebruiken om zo ongeveer alles te maken en het is een beginnersvriendelijke steek. Leer deze eenvoudige steek en maak je volgende sjaal, deken, hoed of washandje in de mossteek!

Deel een van de drie:
Werken met de Foundation Row

  1. 1 Kies je garen. Je hebt ten minste één bol garen nodig om de mossteek te bewerken. U kunt elke garentextuur of -kleur kiezen. Je kunt de mossteek in één kleur bewerken of je kunt kleuren afwisselen als je nieuwe rijen begint om een ​​kleurrijk patroon te maken. Overweeg de door u gewenste resultaten voor uw project om te bepalen of u één garenkleur of meerdere kleuren wilt gebruiken.
    • U kunt bijvoorbeeld een project met alleen rode garens bewerken, of u kunt rode, gele en blauwe garens afwisselen voor een kleurrijk resultaat.
  2. 2 Selecteer een haaknaald die geschikt is voor uw garentype. U kunt elk type of elke soort garen gebruiken om de mossteek te bewerken, maar u moet ervoor zorgen dat de haaknaald die u kiest geschikt is voor het garen. Controleer het etiket op uw garen voor aanbevelingen voor de haakmaat.
    • Als u bijvoorbeeld werkt met een garen van gemiddelde kamgaren, levert een haak in het bereik van een I-9 (6,5 mm) tot een K-10 (9 mm) de beste resultaten op.[1]
  3. 3 Kettings een even aantal steken. Begin met een even aantal kettingsteken. Om een ​​ketting te maken, knoop je je garen twee keer om je vinger en trek je de eerste lus door de tweede lus. Breng deze lus over op je haak en haal hem aan door aan de staart te trekken. Draai vervolgens uw werkgaren over uw haak en trek dit garen door de lus. Hiermee wordt je eerste ketting gemaakt. Om nog een ketting te maken, garen weer over de haak en trek er weer doorheen.[2]
    • Blijf kettingen maken totdat je het gewenste aantal hebt.
    • Je mag zoveel steken rijgen als je wilt, zolang je maar een even getal hebt. U kunt bijvoorbeeld alleen 10 steken ketenen als u alleen de mossteek wilt oefenen, of u kunt 120 steken rijgen als u een deken met mossteek wilt maken.
  4. 4 Enkele haak in de 4e ketting vanaf de haak. Begin met je eerste rij, haak een enkele haaksteek in de 4e ketting van je haak (nog afgezien van de ketting die aan je haak hangt).[3] Steek je haaknaald in de 4e ketting van je haak en dan garen over de haak. Trek het garen door de ketting en ga opnieuw garen. Trek het garen door beide steken aan de haak om 1 enkele haaksteek te voltooien.[4]
  5. 5 Ketting 1. Plak vervolgens 1 steek. Deze steek vormt je eerste ketting 1-vak, waar je op je tweede rij aan zult werken.[5]
  6. 6 Sla 1 over. Sla de volgende steek in je startketting over. Dit wordt de ketting naast de ketting waaraan je zojuist een enkele haaksteek hebt gemaakt.[6]
  7. 7 Enkele haak in de volgende ketting. Nadat je een ketting hebt overgeslagen, moet je een enkele haak in de volgende ketting haken. Haak 1 enkele haaksteek in deze ketting.[7]
  8. 8 Herhaal ch1, sk 1, sc tot het einde van de rij. Blijf de volgorde van ketting 1 herhalen, sla 1 over en haak één 1 helemaal tot aan het einde van uw startketen. Hiermee wordt je eerste rij voltooid.[8]

Tweede deel van de drie:
De tweede rij werken

  1. 1 Draai en ketting 2. Begin uw tweede rij en alle andere rijen die u in de mossteek bewerkt, draai uw werk rond en dan ketting 2. Dit zal dienen als uw draaiende ketting.[9]
  2. 2 Enkele haak in de eerste ketting 1 spatie. Je hebt verschillende chain 1-spaces gemaakt toen je op de eerste rij werkte en je moet er elk een haakwerk in doen. Zoek de eerste ketting 1 spatie in je rij en haak er een haakje in.[10]
  3. 3 Ketting 1. Maak vervolgens een ketting van 1. Dit vormt een van de spaties van ketting 1 voor je volgende rij, waar je verder aan zult werken terwijl je doorgaat met de mossteek.[11]
  4. 4 Enkele haak in de volgende ketting 1 spatie. Nadat je 1 hebt geketend, haak je een enkele haak in de volgende keten 1 ruimte, net zoals je de eerste keer deed.[12]
  5. 5 Herhaal ketting 1 en enkele haak tot het einde. Om verder te werken aan uw tweede rij, herhaalt u de reeks van ketting 1 en enkele haak 1 aan het einde van de rij.[13]
  6. 6 Werk de rij af met een enkele haaksteek in de ketting 2-vaks. Uw laatste steek in de rij moet een enkele haaksteek zijn in de laatste kettingruimte in de rij, wat een ketting 2-ruimte is.[14]

Derde deel van de drie:
Uw project voltooien

  1. 1 Herhaal rij 2 tot je project de gewenste lengte heeft. Om de mossteek verder te bewerken, herhaalt u de volgorde voor rij 2. U kunt de mossteken blijven bewerken voor zoveel rijen als u wilt of nodig heeft voor uw project.[15]
  2. 2 Hecht de laatste steek af als je klaar bent. Als je tevreden bent met de lengte van je project en de laatste steek in je laatste rij hebt voltooid, knoop dan eenvoudigweg 1 vast en knoop de laatste steek af. Trek hiervoor de lus uit zodat deze een paar centimeter breed is. Knip het vervolgens in het midden. Bind het uiteinde van het garen door de laatste steek die je hebt gemaakt en knip het overtollige.
  3. 3 Weven in de staart. Indien gewenst, kunt u de staart ook met een garenaald in de rand van uw werk weven. Rijg de staart door het oog van de garenaald en weef het garen vervolgens in en uit de rand van uw project. Bind het uiteinde van de staart door een van de steken en knip het overtollige als het garen te kort wordt om het verder door te weven.