Het uitzetten van een kaars lijkt misschien niet een taak die veel uitleg behoeft, maar je zult verbaasd staan ​​hoeveel verschillende manieren er zijn om het te doen, en de effecten die elk heeft op het leven van de kaars. Moet je gewoon de vlam uitblazen, of is het beter om een ​​ander voorwerp te gebruiken om het te verstikken? Is het veilig om je vingers te gebruiken als er niets anders in de buurt is? Het korte antwoord is dat verschillende methoden het beste werken voor verschillende doeleinden.

Methode één van de vier:
De kaars uitblazen

  1. 1 Plaats je gezicht dicht bij de vlam. Ga naar binnen tot je slechts een paar centimeter verwijderd bent, met de lont rond mondniveau. Op deze manier hoeft de lucht niet zo ver te reizen om bij de vlam te komen, waardoor u hem gemakkelijker kunt plaatsen.[1]
    • Hang niet direct boven de kaars, anders kan de hitte die uit de vlam oprijst u verbranden.
  2. 2 Purse je lippen samen en blaas. Adem plotseling uit door de opening in je lippen. De sleutel is om een ​​dunne stroom lucht te maken die de kaars in één snelle windvlaag uitdooft. Blijf blazen totdat de vlam volledig is gedoofd.[2]
    • Als de vlam spettert maar niet uitgaat, blaas je er misschien niet direct op.
    • Pas op dat je niet te krachtig blaast. Als je dat doet, kun je druppeltjes was spuiten, wat resulteert in een grote puinhoop of zelfs kleine brandwonden.
  3. 3 Blijf uit de buurt van de rook. Als je een kaars uitblaast, laat hij een pluim van dikke, donkere rook los. Als u uw afstand houdt tot de uitgedoofde kaars, voorkomt u dat deze rook roet op uw huid of kleding zet of laat ruiken.[3]
    • Maak waar mogelijk een punt om uw kaarsen te doven in een goed geventileerde ruimte waar geen rook kan worden opgevangen.
    • Op de lange termijn kan het uitblazen van uw kaarsen leiden tot lelijke zwarte opeenhoping op de was of rond de binnenkant van de container.[4]

Methode twee van vier:
Gebruik een Candle-snuffer

  1. 1 Pak een snuffer met kaarsen. Sommige mensen houden niet van de roetige rotzooi die uitblazen van een kaars kan achterlaten. Voor deze mensen kan een metalen kaarssmoor een schoner, efficiënter alternatief bieden. Dit zijn handige hulpmiddelen om bij de hand te hebben als u wilt dat uw kaarsen zo lang mogelijk schoon en nieuw blijven.[5]
    • Snuffers worden al eeuwenlang gebruikt om vuur te doven met minimale rook.[6]
    • Kaarsengines van verschillende groottes zijn meestal overal te vinden waar kaarsen worden verkocht.
  2. 2 Plaats de bel van de gier over de pit. De bel is de kleine metalen kop aan het einde van het lange handvat. Wanneer je de bel boven de vlam laat zakken, berooft hij deze van zuurstof, waardoor hij geleidelijk aan onderdrukt wordt. In tegenstelling tot het uitblazen van de kaars, zal dit niet zoveel rook of roet veroorzaken.[7]
    • Sommige kaarsensmokkelaars kunnen lijken op een cilinder, piramide of schijf in plaats van een afgeronde bel.
    • Houd uw hand op veilige afstand van de vlam om ongelukken te voorkomen.
  3. 3 Houd de snuffer op zijn plaats totdat de vlam helemaal uitgaat. Misschien ziet u een kleine sliert rook ontsnappen rond de randen van de bel. Houd het ten minste één volle seconde boven de pit. Nadien, bedek de kaars met een deksel en bewaar de gier op een veilige plaats buiten de ruimte.[8]
    • Als u de snuffer niet lang genoeg vasthoudt, kan de vlam opnieuw ontbranden, waardoor u een tweede keer moet proberen.
    • Wees voorzichtig met het omgaan met metalen snuffers terwijl ze nog warm zijn.

Methode drie van vier:
De pit in de was doen

  1. 1 Pak de pit vast met een pitdipper of een pincet. Breng de pitdipper rond de zijkanten van de pit, in plaats van direct over de bovenkant. Zorg voor een veilige grip op de pit en houd hem stevig vast.[9]
    • Als je geen pitdipper bij de hand hebt, kun je ook een ander lang, slank werktuig gebruiken, zoals een eetstokje of paperclip, om de pit naar beneden te duwen.
    • In sommige gevallen kan de druk van de pitdipper of het pincet voldoende zijn om de vlam uit zichzelf te zetten.[10]
  2. 2 Druk de pit in de gesmolten kaarsvet. Buig de pit onder een hoek totdat hij volledig ondergedompeld is in de vloeibare was. Dit zal de vlam doden zonder enige onaangename geuren of rook te produceren.[11]
    • Zorg ervoor dat je de lont meteen uittrekt om te voorkomen dat je de lont kwijtraakt in de wax-pool.
    • Je zult het meeste succes hebben met het gebruik van lont dippers, pincetten en andere gereedschappen op vrijstaande kaarsen met minimale tunnels (het zinken dat optreedt wanneer de was rond de pit sneller brandt dan de rest van de kaars).[12]
  3. 3 Strijk de pit recht. Verwijder de lont uit de was en strijk het glad zodat het zelfstandig staat. Pas op dat je het niet breekt of uit de kaars trekt terwijl je dit doet. Laat de was afkoelen voordat je verder gaat met de pit.
    • Het doven van de kaars in zijn eigen was heeft het extra voordeel van het conditioneren van de pit, waardoor het gemakkelijker gaat branden en langer verlicht blijft tijdens toekomstig gebruik.[13]
  4. 4 Snijd de pit af. Zodra de was tijd heeft gehad om te drogen, gebruik je een wiekenknipper om de gerafelde, verbrande punt weg te knippen. ⅛ "(.31cm) heeft zowat de perfecte lengte om de pit langer mooi te houden. Gooi de verbrande pit weg, samen met ander puin dat in de was is gevallen - deze kunnen een brandgevaar opleveren als ze opnieuw ontsteken.[14]
    • Een paar manicureschaartjes of nagelknippers vormen een acceptabele vervanging voor een traditionele pitstrimmer.[15]
    • Maak er een gewoonte van om elke keer dat je ze gebruikt de wieken van je kaarsen bij te knippen. Een ongerepte pit brandt gelijkmatiger, wat de levensduur van een kaars aanzienlijk kan verlengen.

Methode vier van vier:
De vlam uitzetten met je vingers

  1. 1 Lik de toppen van je vingers. Laat de pads van je vingers net genoeg over je tong lopen om ze een beetje te bevochtigen. De meeste mensen geven de voorkeur aan duim en wijsvinger, maar twee vingers zijn voldoende. Het idee is om ze net genoeg nat te maken om de kaars met een lichte aanraking te verstikken.[16]
    • Door je vingers nat te maken, bescherm je je huid tegen de hitte van de vlam.
    • Als er een bron van water in de buurt is (zoals een gootsteen of een glas), kunt u ook uw vingers voorbereiden.
  2. 2 Knijp in en laat de pit snel los. Pak in één snelle beweging de pit tussen je twee vingers vast. Het vocht moet ervoor zorgen dat de vlam sterft zodra u contact maakt. Zorg ervoor dat je meteen loslaat om geen risico te nemen.[17]
    • U kunt even een warm gevoel ervaren. Zodra de vlam echter uit is, zal de warmte vrijwel onmiddellijk verdwijnen.
    • Het zinderende geluid dat je hoort, is niets om je zorgen over te maken - het is gewoon het vocht in je vingertoppen dat verdampt.
  3. 3 Zorg ervoor dat je jezelf niet verbrandt. Het is onnodig om te proberen een kaarsenlont met openstaande vingers te blussen, want het vereist dat je het echt aanraakt. Wees altijd uiterst voorzichtig wanneer u een deel van uw lichaam in de buurt van een brandende kaars brengt. Als de vlam niet uit gaat, probeer dan opnieuw of geef een andere methode een kans.
    • Oefen een paar keer op een onverlichte kaars (met droge vingers) voordat je het echt probeert.
    • Het inherente gevaar van het gebruik van uw vingers om een ​​kaars te doven maakt dit meer een nette feesttruc dan een praktische alledaagse oplossing.